Acht weken

25 april 2018 - Jinja, Oeganda

Vandaag zijn we precies acht weken weg. Wat mis ik nou het meest? Je hoort natuurlijk je dierbaren te noemen, maar dat is eigenlijk niet zo. Door de moderne techniek is iedereen bijna net zo dichtbij als anders. We kunnen skypen, appen, iedereen volgen op FB en zelfs de mailtjes van de klas blijf ik gelukkig gewoon ontvangen. Marte mist het fysieke contact veel meer: zij wil niet kletsen, ze wil samen spelen! Ze wil de poezen knuffelen - of in elk geval achter ze aan jagen in een poging tot.

Wat ik mis zijn vooral dagelijkse dingen: lekker brood eten, met kaas (kaas!!!). Koffie verkeerd aan de keukentafel, m’n eigen bed en een altijd-warme douche. Naar het cafe of een supermarkt waar ze alles hebben waar je zin in hebt. Maar ook fietsen door de stad, vroeg in het weekend als er nog niemand op straat is en de zon waterig door de bomen schijnt.

Ik mis de bso, waar je ’s avonds doodmoe je kind komt ophalen en 20 kinderen (ook doodmoe maar om onbegrijpelijke redenen nog drukker en luider dan anders) heen en weer stuiteren door de gang terwijl jij wanhopig het tweede schoentje zoekt tussen bergen sjaals, jassen en andere luizenverzamelplaatsen.

Wat we gek genoeg beiden niet missen, is televisie. In al die weken hebben we geen TV gekeken. In Amsterdam zou dat ondenkbaar lijken. Schermen zijn kindermagneten – ze zuigen ze aan en blijven kleven. Alleen met fikse inspanning krijg je ze losgerukt en pas als je op veilige afstand bent (uit het zicht), neemt de aantrekkingskracht af. Hier blijkt dat als het er niet is, je het ook niet mist. Internet daarentegen – daaraan zijn we wel verslaafd. Voor ALLES heb je het nodig en dat merk je dus vooral op momenten dat je het niet hebt.

Helaas kon ik geen lokale simkaart aanschaffen, omdat er hier iemand werd ontvoerd en vermoord. Hoezo dan? De ontvoerders eisten geld met een mobiele telefoon. Weet je wat, dacht de regering, dan verbieden we alle nieuwe mobiele aansluitingen. Hè, denkt u, maar dat helpt toch helemaal niet? Nee, en zodra ze daarachter komen wordt het verbod vast ook weer opgeheven. Tot die tijd kan ik geen lokaal nummer aanschaffen en (betaalbaar) internet krijgen.

Dus probeerden we af te kicken, zonder succes. Bijna elke dag zette ik ‘toch maar even’ het buitenlandbundeltje aan (dat al op was na het downloaden van de vóórpagina van de krant). Ik gaf per week ongeveer evenveel uit aan MBs als de gemiddelde Zuidas-bewoner aan coke (ja, dat artikel heb ik dus wel gelezen!).

Gelukkig kwam ik iemand tegen die wel wat voor me kon ritselen. Kostte wel 10.000 shilling. Voor het verhaal zou het leuk zijn als dat inderdaad een astronomisch bedrag is. Maar nee, het is E2,25. Toch fijn.

Foto’s

4 Reacties

  1. Emmy:
    25 april 2018
    En in Nederland zullen jullie vast gemist worden! Jullie slaan je wel door de tegenslagen heen;-) en vervelen is goed voor de creativiteit (zegt men;). Succes met alles!
  2. Meike:
    25 april 2018
    😂😂😂, fijn dat er altijd wel wat te ritselen valt!
    En anders lekker faxen!
    Veel liefs, Meike
  3. Meike E.:
    25 april 2018
    Faxen..ja! Dat deed ik in de tijd in Uruguay (1996) volop ri. het postkantoor in de Gentsestraat, die dan mijn moeder belde dat er een fax voor haar was gekomen! Waar is de tijd... :-)
  4. Leandra:
    26 april 2018
    Gek he hoe je eten zo kan missen. Zo verweven met je eigen cultuur. Xxx Leandra